Oud Nieuws 12 mei 1929

Gemeenteraad.

Belangrijke aankoopen.

In de Vrijdagavond gehouden vergadering van den raad dezer gemeente is aangenomen het voorstel van B. en W. om den factor voor de gemeentelijke inkomstenbelasting voor het belastingjaar 1929/1930, evenals het vorig jaar te bepalen op 2.

Besloten werd tot aankoop van eenige roerende perceelen:

1e. Huize Daelwijck met een perceel grond aan den Daalschen weg bij het transformatorhuisje en een perceel grond tusschen brug Daalsche weg en Vecht, benevens eenige kleinere huizen. Na onderhandelingen heeft de eigenaar, J. Jonker, deze perceelen aangeboden voor ƒ 55.000. Naar de voorzitter meededeelde, is het de bedoeling, huize Daelwijck in te richten voor gemeentehuis.

2e. Huize Nieuwoord met bijbehoorende gebouwen en grond van de heer Van Stam voor ƒ 34.000.

3e. Een terrein gelegen tusschen Daalsche weg en Amsterdamsche straatweg en een terrein nabij de Hovenierslaan van de heeren Venker c.s. voor ƒ 145.000.

De raad besloot in beginsel, over te gaan tot het instellen van een grondbedrijf.

Naar aanleiding van deze belangrijke besluiten achtte de heer Plomp het gewenscht, ook in het uitbreidingsplan den ‘‘nieuwen koers’’ tot uiting te doen komen. Hij gaf B. en W. in overweging, spoedig aan den raad voor te stellen:

1e. in te trekken zijn besluit, waarbij voorloopig werd goedgekeurd het ontwerp-uitbreidingsplan, dat nog steeds in bewerking is, en uit kracht waarvan aan Utrechtsche ambtenaren terzake opdrachten werden gegeven.

2e. te doen maken, bij wijze van prijsvraag, een uitbreidingsplan, dat de hoofdwegen en de wijze van bebouwing aangeeft voor het gebied der gemeente tusschen de Vecht en het Merwedekanaal, welk plan tusschen de Vecht en den Daalschen weg open bebouwing, liefst villaparken, zal aangeven.

‘…huize Daelwijck in te richten voor gemeentehuis…’

Oud Nieuws 11 mei 1896

Een goed idee!

De heer Rossewei opent a.s. Donderdag op den Straatweg bij Zuilen een melksalon. Velen die daar nog wel eens heenwandelen, zal dat eene aangename tijding zijn. Een druk bezoek zal den ondernemer zeker ten deel vallen.

[de heer Rossewei plaatste ook een advertentie in het Utrechts Nieuwsblad van 11 mei 1896]:

 

J.H. Rossewei.

Amsterdamsche straatweg bij Zuilen

Heeft de eer U kennis te geven, dat hij aanstaande Donderdag

Een Melksalon zal openen.

Hopende met een druk bezoek vereerd te worden. Tevens laat ik U weten, dat ik 2-maal per dag kom hooren en bezorgen.

Van een nette en prompte bediening kan men verzekerd zijn.

Aanbevelend

J.H. Rossewei,

Amsterdamsche straatweg bij Zuilen

 

Fotobijschrift, gerelateerd aan het knipsel: De zaken gingen blijkbaar voor de wind. Rond 1940 is er duidelijk meer aanbod in de producten. De heer Rosseweij van de ‘Zuilensche Electrische Melk Inrichting’ staat trots bij zijn motorcarrier. Naast het bord Amstel Bieren is nu ook reclame aangebracht van Van Nelle. In de etalage vinden we onder andere: een verrassing: vruchtenlimonade met jam of limonadesiroop. Bovendien blijkt: melk is goed, maar flesschenmelk van de U. M. C. is beter.

Uit het dagboek van Jacob van Zuilen: 10 mei 1950

10 Mei 1950

Vanmorgen tien jaar geleden vielen de Duitsers Nederland binnen. Het was Vrijdag, ongeveer hetzelfde weer als vandaag. ’s Morgens vroeg werden we gewekt door vliegtuiggeronk en afweergeschut. We wisten niet wat er aan de hand was. Wel waren de militaire verloven ingetrokken, maar dat was wel meer gebeurd. Ik holde de trap af naar de radio. We hoorden de omroeper waarschuwen tegen parachutistengevaar en even later vernamen we het ontstellende bericht dat de Duitsers ons land waren binnengevallen.

Wat waren we bang, wat zou er boven ons hoofd hangen? Alle werkzaamheden lagen meteen plat. Ieder groepte samen. Van Hoorn werd direct aan het werk gezet om achter het badhuis een gaslokaal te bouwen. De moderne oorlog zou zich toch van gas bedienen! Gelukkig is het nooit nodig geweest.

Moeder sliep ’s nachts bij ons. Een klein olielampje brandde op de overloop. Bij de fabriek vonden we het te gevaarlijk voor haar. Die dag gebeurde er verder niet veel bijzonders. Wel kwamen tientallen vliegtuigen over. De nachten waren het angstigst. Dan hoorden we in de verte het kanonnengebulder, dat elke nacht dichterbij gehoord werd.

De volgende dag zagen we de eerste militaire vluchtelingen uit de Peel. Ze stonden in de De Lessepsstraat. We trachten van hen iets naders te vernemen. De Duitsers waren in de Peel doorgebroken, dat alleen begrepen we.

De zondag die erop volgde was het Pinksteren. Voor ons een gewone werkdag. Ons gaslokaal moest toch klaar. De luchtbescherming werd inmiddels uitgebreid en groeide uit tot een vast piket van 100 man. De Burgerwacht kwam in actieve dienst en er werd een avondklok afgekondigd tussen ’s nachts twaalf tot ’s morgens zes uur.

De NSB’ers werden opgehaald en in het politiebureau opgeborgen. Ook tante Rita, die volgens haar zeggen allang bedankt had, liet men niet met rust. De leider Mussert was gevlucht. Waarheen? Later vernamen we dat hij die dagen in een hooiberg had doorgebracht. Ieder was in die dagen angstig en zoals het dan gaat, hecht men geloof aan alle geruchten.

Zaterdagmiddag was de politie aan het zoeken naar vermeende parachutisten in het Julianapark. Men zou ze in de bomen gezien hebben. Alles werd in de omgeving van het park afgezet en de politie en de Burgerwacht stelden een onderzoek in. Het was gelukkig een gerucht en we waren weer even gerustgesteld. Ook kwam het veelvuldig voor, dat uit de ramen op burgers en politie werd geschoten. Door wie? Men zei door NSB’ers.

Dinsdagsmiddags volgde het verschrikkelijke bombardement op Rotterdam. De wind, die juist naar ons toe was, voerde papiersnippers en as mee. Utrecht zou gevolgd hebben, indien niet gecapituleerd was. Pamfletten kondigden dit bombardement aan.

Woensdagmorgen begon de intocht over de straatweg. Omstreeks tien uur kwamen de eerste troepen voorbij en ’s avonds om tien uur passeerden de laatste tanks. Een deel van hen werd in school vier ingekwartierd. Ik wil best bekennen die nacht niet rustig te hebben geslapen. Gelukkig was het maar voor een nacht.

In het begin waren de moffen erg soepel. Men trachtte hiermee de sympathie van het Nederlandse volk te winnen. Later kwamen ze anders voor de dag…

Fotobijschrift: In de gevechten in de Peel-Raamstelling kwam de heer Swart uit Zuilen om het leven. Hij staat op deze foto tweede van links.

Oud Nieuws 9 mei 1942

TENTOONSTELLING VAN RECLAMEKALENDERS EN DRUKWERKEN

In het Utrechtsche filiaal van G.H. Bührmann’s Papiergroothandel, Nieuwegracht 13 alhier werd hedennamiddag een tentoonstelling van reclamekalenders en drukwerken geopend.

Wij vinden hier inzendingen van firma’s vereenigingen en maatschappijen uit geheel Nederland. Zoo zijn hier o.m. de Nederlandsche Spoorwegen en Werkspoor vertegenwoordigd, van diverse verzekeringsmaatschappijen ontmoeten wij hier de door haar uitgegeven kalenders.

Dat van verschillende steden uit ons land Amsterdam het rijkst vertegenwoordigd is behoeft geen verwondering te wekken. Behalve kantoorkalenders vinden wij hier ook andere, deels met fraaie fotografische natuuropnamen (zooals de kalender van de Ned. Natuurhistorische Vereeniging) of weergaven van stedeschoon, als bijv. de kalender van Middelburg.

Verder gekleurde en ongekleurde reproducties in diverse druktypen (lithografische-, diep- en offsetdrukken). Interessant zijn de vele kleine reclamedrukwerkjes (foldertjes e.t.q.) waarvan de meeste in miniatuur-formaten, en verrassend, zoowel door de frischheid der kleuren als door geestige vindingrijkheid (men moet zich in deze tijden van papierschaarschte weten te behelpen en met kleine ruimten leeren woekeren!).

Alles bijeen: een leerzame tentoonstelling, die ons demonstreert wat ondanks de tijdsomstandigheden nog altoos op dit gebied wordt tot stand gebracht.

Fotobijschrift: Een blad van de door Werkspoor uitgegeven kalender voor het jaar 1942 laat een bouwfase zien van de vakwerkboogbrug bij Nijmegen.

Oud Nieuws 8 mei 1953

Kaarten in het Julianapark

Aan de bejaarden verboden

Er heerst enige ontstemming onder de talrijke bejaarden mannen, die des middags het Julianapark aan de Amsterdamsestraatweg bezoeken om daar een kaartje te leggen. Onder alle weersomstandigheden, bij sneeuw, hagel, regen en storm waren zij present, terwijl sommigen zelfs per invalidenwagentje arriveerden, en dit al jaren achtereen.

Vorig jaar werd bij de muziektent in het park een aardig zomerhuisje geplaatst, naar veler mening om de oudjes terwille te zijn. Vandaar dat enkele banken in het park door de oudjes werden gebruikt, doch het merendeel der bejaarden beoefende het spel staande en leunde tegen de muziektent.

Thans echter is hun het kaartspelen in het park verboden. En de bejaarden zijn niet van plan daarin te berusten. Het ligt in hun voornemen, zich met een adres tot de Utrechtse raad te richten.

Fotobijschrift: Van de bovenstaande heren die niet mogen kaarten in het Julianapark ontbreken de foto’s. Dit is een wat ouder plaatje. Hij stond in het blad ‘Utrecht in woord en beeld’ van 14 september 1934 en de redactie schreef bij deze foto: ‘Vijf ouwe heeren op een bankje, daar zal heel wat afgepraat worden. De dames hebben wel den naam, dat ze babbelachtig zijn, maar vlak de heeren der schepping ook niet uit!’.

 

Oud Nieuws 7 mei 1937

“Ons Genoegen” geeft een concours

Donderdagmorgen werden de jury-leden, directeuren en besturen van deelnemende vereenigingen officieel door het gemeentebestuur ontvangen.

MONDACCORDEONNISTEN TE ZUILEN BIJEEN.

ZUILEN, 7 Mei. – Het Concours van de Mondaccordeonvereeniging “Ons Genoegen” georganiseerd ter gelegenheid van het vijfjarig bestaan, werd Woensdagavond ingezet met een concert op het terrein van Elinckwijk, aangeboden door het Zuilensche Fanfare Corps. Het was jammer dat het zoo plotseling veranderde weer het verblijf op het terrein niet tot het aangenaamste maakte. Het fanfarecorps blies er echter onvervaard op los en ondervond veel waardeering.

Donderdagmorgen had ten gemeentehuize de officieele ontvangst van jury-leden, directeuren en besturen van vereenigingen plaats. Het voltallige College van B. en W. was tegenwoordig; burgemeester  O.  N o r b r u i s  en de wethouders J.J.J. Buys, N. Zachte en J.J. Vlaming, benevens de gemeentesecretaris, de heer A. Kranen. Verder de leden van het Eere-Comité, de heeren J. Jonker en echtgenoote, E. Post, G.A. v.d. Wilt, benevens de heer J.Th. v. Laan als voorzitter van het uitvoerend comité, het bestuur van Ons Genoegen, de jury-leden, de directeur en bestuursleden van optredende verenigingen, enz.

De burgemeester heette allereerst de aanwezigen namens het Gemeentebestuur welkom en sprak er zijn vreugde over uit, dat het concours in zijn gemeente wordt gehouden. Spreker wijst er op, dat in de muziekbeoefening het volkskarakter tot uiting komt, en daar in dezen tijd zeer veel aandacht wordt geschonken aan sport en spel, waardoor het volk hard wordt, is het een gelukkig verschijnsel, dat de muziek, die meer week en gevoelig maakt, meer en meer beoefening vindt. Beiden kunnen dan elkaar de hand reiken, omdat ons volk zal zijn krachtig en niet ruw, fijngevoelig en toch niet week. Spreker wenscht allen veel succes en een aangenaam verblijf in de gemeente.

Nadat de heer J.Th. van Laan den burgemeester en de aanwezigen dank had gebracht, werd door rappe dameshanden koffie geserveerd.

Inmiddels hadden de deelnemende vereenigingen zich opgesteld aan de Van Egmontkade, vanwaar naar het terrein werd getrokken. Het was een lange, fleurige stoet, welke geweldige belangstelling trok. Ruim half één ving het Concours aan.

De jury, die bestond uit de heeren Matth. Kleijnen Jr., A.C.M. Klijnman en Ferd. de Goeij, verklaarde ons na den wedstrijd, dat door diverse vereenigingen zéér goede prestaties waren geleverd, dat de regeling uitstekend was en dat de medewerking der vereenigingen ten opzichte van de jury niets te wenschen overliet. Een fraai compliment!’

Fotobijschrift: Ons Genoegen in de tuin van het gemeentehuis van Zuilen.

Oud Nieuws 6 mei 1946

Onthulling gedenkplaat.

Morgen (Dinsdagavond 7 uur) zal aan de Groen van Prinstererschool (van Hoornekade) een gedenkplaat ter nagedachtenis van een gevallene der 10e Comp. Binnenlandsche Strijdkrachten worden onthuld.

De heer A.H. Pasman schreef over de heer Odijk in het Zuilens Nieuwsblad van mei 1960 het volgende:

Cornelis Odijk

De Groen van Prinstererschool aan de Van Hoornekade 6, deed aan het einde van 1944 dienst als wapendepot voor de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten (de N.B.S.). Mannen als G.J. van Uitert, Steinfort, commandant Dhont e.a. hadden op de zolderverdieping van de school een uitstekende voorraad wapens en munitie opgeslagen. Het waren deels gedropte wapens, afkomstig uit geallieerde vliegtuigen, deels wapens, buit gemaakt uit Duitse munitiedepots.

Het toenmalige hoofd van de school – de heer A. Veen – was in het complot. De school was aanvankelijk in de winter van 1944 gesloten, maar toen de omgeving “dat geloop van die mannen naar school” wat vreemd ging vinden, besloot de heer Veen het onderwijs weer te hervatten.

Zo brak de bevrijding aan en de leden van de N.B.S. traden in het volle daglicht. De commandant D’hont liet appèl houden. In de loop van de middag zouden de Canadezen hun triomfantelijke intocht houden en de B.S.-ers zouden trachten de orde te handhaven.

Des morgens stond de troep voor de school aangetreden, toen de Duitsers, gelegerd in de Cort v.d. Lindenschool het vuur opende. De B.S. ging onmiddellijk in stelling en beantwoordde het vuur krachtig. De jeugdige Cornelis Odijk bracht een mitrailleur in stelling. Dit apparaat weigerde en Odijk bracht het weer in de school voor reparatie.

Het apparaat was spoedig weer gevechtsklaar. Bij het in stelling brengen werd Odijk ernstig gewond.

Ook een burger werd getroffen en overleed ter plaatse [dit was de heer W. Leyssen, werknemer van Werkspoor-Utrecht, die ter plaatse gras knipte voor zijn konijn]. Odijk werd opgenomen in ’t Zuilense Noodziekenhuis, maar het mocht niet meer baten. Op 7 mei overleed hij.

Aan het vuurgevecht dat 1 tot 1½ uur heeft geduurd kwam een einde, toen een Duitse officier een witte vlag zwaaide.

Een gedenksteen in de muur van het schoolgebouw werd ter herinnering aan Cornelis Odijk aangebracht en is dezer dagen vervangen door een bronzen plaat. Op 4 mei a.s. ’s avonds 6 uur zal er een kranslegging geschieden.

De bronzen plaquette, die naast de ingang van de school werd aangebracht.

Oud Nieuws 5 mei 1908

Vóór honderd jaar.

Uit de Amsterdamsche Courant van 5 Mei 1808.

U t r e c h t  d e n  4  M e i.

Laatstleden Maandag is in onze nabuurschap een zeldzaam voorbeeld gezien van tegenwoordigheid van geest en van de kracht, welke eene hooge trap van angst somwylen kan bijzetten.

Eene dienstbode, op de buitenplaats Vijfhuizen nabij Zuilen, met een zeer ligt op het water drijvend schuitjen, waarin zich bevonden hadden eene jongejufvrouw en twee kinderen van 6 en 4 jaren, weder overvarende, om het schuitjen naar de plaats terug te brengen, had het ongeluk, toen zij het schuitjen wilde omkeeren, ten einde met die zijde, daar de ketting vast was, weder aan de plaats te komen, dat het schuitjen door den stroom te spoedig van wal gaande, haar zoo ver ontslipte, dat zij het zelve nauwelyks met hare handen konde vatten, doch niet beletten, dat het haar tot in het midden van de Vegt medesleepte, alwaar zij ongelukkiglyk haar leven zoude hebben moeten laten, zoo niet voornoemde jonge jufvrouw naar Zuilen wandelende, uit bezorgdheid nu en dan omziende, om te vernemen, of hare dienstbode reeds de overzijde bereikt hadt, en niets dan het schuitjen bespeurende, met snelle treden was terug geloopen, een aan de wal liggend schuitjen had losgemaakt, en daarmede al staande en slechts met een roerrem het naar het schuitjen gewend had, alwaar hare dienstbode met de handen zich aan het koord vasthoudende en niet in staat zynde om zichzelve te redden, door voornoemde jonge jufvrouw, oud 22 jaren, teder van gestel en klein van persoon, met mannenmoed en cordaatheid en met ingevaarstelling van haar eigen leven, ten aanschouwe en ter verwondering van vele lieden, die zelve geen hulp konden toebrengen, bij de schouderen gevat, binnen boord getrokken en in het schuitjen neergelegd, waarmede zij naar de naastgelegene plaats voortroeijende, behouden met hare halfdoode drenkeling aankwam.

Fotobijschrift: Hierbij past wel een mooi plaatje van de Vecht, ongeveer ter hoogte van het voorval, maar meer dan 100 jaar later.

(opmerking vanuit het Museum van Zuilen: natuurlijk geen foto van dit voorval: er waren geen fototoestellen! Wat opvalt bij het lezen van bovenstaande tekst is dat het het verhaal verteld is in één enkele zin!)

 

Oud Nieuws 4 mei 1953

Zuilense jubileumbeurs uitstekend geslaagd

De Zuilense Jubileumbeurs, georganiseerd ter gelegenheid van het eerste lustrum der ZHV, is uitstekend geslaagd.

Het aantal bezoekers, kinderen niet medegerekend, heeft verre de 5000 overtroffen, een getal dat bij vorige beurzen nog nimmer is bereikt. Ook de exploitanten zijn zeer tevreden en hebben over het algemeen goede zaken gedaan. Het bezoek aan de Showtent heeft de verwachtingen overtroffen.

Zaterdagavond traden daar weer een aantal Zuilense amateurs voor het voetlicht, o.a. The Ocklohoma Kids, de Gebr. Dirks (zang), Annie Kissing, eveneens zang, de kunstfluiter Vreeswijk, terwijl de heer Wiekenkamp en mej. Annie v.d. Bilt diverse piano-soli ten beste gaven. De wedstrijd in het imiteren van Doris Day ging niet door.

Velen, die de beurs hebben bezocht, konden Zaterdag nog een verrassing in ontvangst nemen, want op de nummers, aangebracht op de toegangsbewijzen, werden een aantal fraaie prijzen toegekend.

Het bestuur van de ZHV en de regelings-commissie, bestaande uit de heren P. de Jong, I. Groenberg en W. Röben, mogen met voldoening op haar arbeid terugzien.

 

Fotobijschrift: De heer Snel, van de ‘melkinrichting’ in de De Savornin Lohmanstraat deed ook mee aan een beurs in het Pastoor Schiltehuis die georganiseerd werd door de Zuilense Handels Vereniging. Mevrouw Snel staat u vrolijk toe te lachen. Het zal toch nog een heel werk geweest zijn die toren zo mooi op te bouwen. (kan zomaar zijn dat deze foto van een andere datum is, we houden ons aanbevolen!

 

Tentoonstelling Zuilen in de Tweede Wereldoorlog

ZUILEN IN DE TWEEDE WERELDOORLOG
IN MUSEUM VAN ZUILEN

Rijke historie?

De Tweede Wereldoorlog is natuurlijk geen rijk deel van die geschiedenis. Toch prijzen wij ons rijk met de veelheid aan stukken die we met deze tentoonstelling kunnen tonen en brengen deze periode graag onder de aandacht.

De tentoonstelling

Met foto’s van de over de Amsterdamsestraatweg marcherende gemobiliseerde militairen, het graven van de loopgraven en schuilkelders, het Noodhospitaal, het Verzet – wist u dat volgens mevrouw T. Spaans-Van der Bijl de basis van het georganiseerde verzet in Utrecht is gelegd door drie mannen uit Zuilen? – de Distributiedienst, Werkspoor en Demka die zich uiterst sociaal opstelden voor hun werknemers, slachtoffers waaraan nog nauwelijks bekendheid werd gegeven, de Bevrijdingsfeesten en nog veel meer.

Niet alleen foto’s

Voor deze tentoonstelling hebben we gebruik gemaakt van heel veel foto’s. Maar we hebben ook heel veel artikelen die een beeld geven van de ellendige tijd. De houten koffer van Henk Bloemink, in dienst van de NS. Hij werd met vele collegae tewerkgesteld in Duitsland en kreeg voor het vervoer van zijn spullen een houten koffer. Maar bij het overstappen in Amersfoort, stapte hij niet in de trein naar Duitsland, aan de andere kant van het perron stond de trein naar zijn tante in Zwolle. Hij dook onder – en het Museum van Zuilen kreeg 60 jaar later zijn koffer!

Werkspoor

In de loop van de oorlog werd het steeds moeilijker om iets te kopen: er wás niets meer te koop. Bij Werkspoor werden honderden noodkacheltjes gemaakt, heel veel speelgoed dat op 5 december de oorlog voor de kinderen even deed vergeten. Werkspoor kende ook een ‘eigen’ gaarkeukensysteem, waarvan we de bonnen en foto’s tentoonstellen.

En nog meer

Extra aandacht schenken we aan een aantal bekende en minder bekende slachtoffers, waaronder C. Odijk, H. Knipschild, A.J. van der Werff, S. Innikel, J. van Maurik, J. Altena, J. Been, J. Key., R. Huke en W. Leyssen.

Burgemeester J. van Zanen

Burgemeester J. van Zanen is bereid gevonden ondanks zijn drukke werkzaamheden, juist ook op 4 mei, deze tentoonstelling te openen.

Fotobijschrift: Het brandstofgebrek in de Tweede Wereldoorlog is algemeen bekend. Ook oplossingen die voor het gebrek aan b.v. benzine werden bedacht kennen de meeste van ons wel. Hier ziet u, bij de pastorie van de St.- Ludgeruskerk aan de Amsterdamsestraatweg een auto geparkeerd staan met boven op een houtgasgenerator. Waarschijnlijk is men op bezoek bij mijnheer pastoor. De pastoor zelf reed geen auto, hij was een fervente fietser. Aan de kale bomen te zien is het winter.