Oud Nieuws 9 november 1955

Julianapark in wijk Zuilen wordt een waar lustoord

Gemeenschapsraad vol lof over plan tot verfraaiing

(Van een onzer verslaggevers)

Op de Gemeenschapsraadsvergadering van Dinsdagavond in ’t voormalig gemeentehuis in de wijk Zuilen, kwam o.m. ter sprake: een advies aan B. en W. van Utrecht inzake een ontwerp-voordracht tot wijziging en verbetering van het Julianapark. De heren J. van den Slot (PvdA) en A.J. Kuipers (KVP) meenden dat, daar de Gemeenschapsraad nog al eens aanmerkingen maakte, thans een woord van lof op zijn plaats was, waarmee de vergadering volledig instemde.

Kinderspeelplaats, fontein in vijver, meer dieren

Nog dit jaar wil men volgens het plan beginnen met het aanbrengen van enkele verbeteringen zoals een hoge beplanting aan de zijde van Werkspoor, zodat de langs het park liggende gebouwen gecamoufleerd worden. Met de herstelling van het hertenparkhek, het verleggen en het doortrekken der paden er omheen, zal een bedrag van f 10.000 gemoeid zijn.

De tweede etappe in 1956, behelst de aanleg van een kinderspeelplaats en het aanbrengen van een fontein in de bestaande vijver, inclusief pompinstallatie, waarvan de kosten op f 36.000 begroot zijn.

De overige werken worden uitgevoerd in de volgende 7 tot 10 jaren.

Het enige punt waartegen de heer Kuiper (KVP) bezwaar maakte, was de plaats van een nieuwe bij-ingang, welke ontworpen is aan de Julianaparklaan. De heer Kuiper zag deze liever op de Amsterdamsestraatweg hoek Julianaparklaan.

Muziektent weg

De Muziektent zal verdwijnen. Op dit parkgedeelte wordt een uit twee plateaux bestaand verhard terras aangelegd. Bij voorkomende gelegenheid wordt een verplaatsbare muziektent van de gemeente gebruikt.

De aanwezige dierencollectie zal worden uitgebreid met verschillende grote vogels. In de voloières, die tussen het hertenkamp en de grote vijver zullen worden gegroepeerd, komen o.a. dwergpapagaaien, terwijl ’s zomers een aantal rekken met papagaaien wordt opgehangen.

Het plan is verder in het hertenkamp, naast de damherten die het nu bevolken, enkele mouflons, dwerggeiten, Indische antilopen en lama’s onder te brengen.

Seizoensattracties!

Men denkt aan enkele seizoensattracties, zoals een schaap met lammeren, een zeug met biggetjes, een ezel en een ponypaardje. Met de aankoop van deze dieren zal een bedrag van f 15.000 gemoeid zijn.

De heer Kuiper stelde voor meteen maar de belangstelling van Utrecht te vragen voor de mogelijkheid van een bij voorkomende gelegenheid aan te brengen feestverlichting in het Julianapark.

Verdere bespreking

Een voordracht tot verlenging van de ontruimingstermijn van de reeds in December 1952 onbewoonbaar verklaarde woningen aan de Kantonnaleweg 5,6,7, en 8, werd door de Gemeenschapsraad verworpen. Geadviseerd werd de bewoners van deze percelen binnen de kortst mogelijke tijd een andere woning toe te wijzen.

De ontwerp-begroting betreffende de wijk Zuilen, gemeentebedrijven en –diensten werd goedgekeurd.

Donderdag 10 November wordt in de Gemeenschapsraadsvergadering de voordracht inzake de uitvoeringsbevoegdheid van de Gemeenschapsraad behandeld. Op verzoek van de Gemeenschapsraad heeft deze vergadering ’s avonds plaats. Maandag 14 November komt de Gemeenschapsraad bijeen ter behandeling van de nota.

 

Fotobijschrift: In het bovenstaand artikel rept men nog over de plannen, maar wij hebben de foto al beschikbaar: de papegaaien in het Julianapark, kenden stuk voor stuk de cursus ‘lorre’ uit hun hoofd!

Oud Nieuws 8 november 1934

TAXI VERLEENDE GEEN VOORRANG.

Chauffeur door de voorruit.

Op de kruising van Sweder van Zuylenweg en Daalsche Weg te Zuilen (Utrecht) is gisteren een taxi, die aan een van rechts komende auto geen voorrang verleende, met deze in botsing gekomen.

De bestuurder der taxi, J.J. H. uit Utrecht vloog door de voorruit. Vrij ernstig werd hij gewond en ter eerste verpleging bij dokter Cornelissen binnen gedragen. Later werd hij overgebracht naar de Rijksklinieken.

Fotobijschrift: Het is me al eerder overkomen, een bericht waar een foto bij hoort, maar dan blijkt dat de fotograaf met zijn rug naar het ongeluk heeft gestaan. Jammer. Maar dit is dus de locatie van het bovenstaande verhaal. Het stukje van de Daalseweg van de Sweder van Zuylenweg tot de F. Koolhovenstraat,  dat sinds september 1949 Edisonstraat wordt genoemd. Rechts Tjepkema (Tjeppie, of Wiepie in de volksmond). 

Oud Nieuws 7 november 1959

Man in pyama aan vuur ontsnapt
Drie Utrechtse gezinnen door brand getroffen

In minder dan een uur tijds is vrijdagavond in Utrecht de eerste verdieping van een huis in de Werner Helmichstraat volkomen uitgebrand. Twee gezinnen zijn hierdoor dakloos geworden en een bejaard echtpaar is al zijn kleren kwijtgeraakt.
De brand is vrijwel zeker veroorzaakt door de ontploffing van een oliekachel op de eerste verdieping. Terwijl dit gebeurde zaten de bewoners van het huis beneden naar de televisie te kijken. Dit waren de 71-jarige heer A. Schellenbach, die op de benedenverdieping woont, zijn vrouw, zijn twee bij hem inwonende getrouwde dochters, zijn zoon en een schoonzoon. Een kleindochtertje van een jaar was eveneens naar beneden gehaald, omdat zij niet wilde slapen. De oliekachel was door een van de dochters van de heer Schellenbach gevuld en uitgedraaid, toen zij bij haar ouders naar de televisie ging kijken. Op de zolderverdieping sliep de tweede schoonzoon. Hij slaagde erin, zich over het dak in veiligheid te stellen met zijn enig overgebleven bezit: zijn pyjama. Mevrouw Schellenbach, die invalide is, werd bij de buren gebracht, die zich ook over de meubels van het echtpaar ontfermden.
De oliekachel stond te branden op een dressoir in de woonkamer van de eerste verdieping die bewoond werd door het echtpaar Schreuder. De 2e verdieping, die waterschade opliep wordt bewoond door het echtpaar De Lange.
Ook het benedenhuis, waar de ouders van de twee getrouwde dochters wonen, kreeg waterschade.
De Zuilense vrijwillige brandweer stond onder leiding van brandmeester J.A. Stolker.
Hoewel de brandweer van Zuilen, geassisteerd door die van Utrecht met een ladderwagen, zeer snel ter plaatse was en het vuur met drie nevelstralen en een lagedruk spuit bestreed, slaagde zij er niet in, nog iets van de inboedel van de eerste verdieping en de zolder — die door een der ingetrouwde dochters werd bewoond — te redden. Een nog onaangebroken loonzakje, twee televisietoestellen, radio’s en een grammofoon verdwenen onder meer in de vlammen.
De garderobe van het echtpaar, die boven in een kast was opgeborgen, verbrandde ook. De heer Schellenbach, die kelner is, verloor op deze manier twee zwarte pakken, drie nieuwe kostuums en vier paar schoenen. Toen de brand uitbrak droeg hij zijn oudste plunje, omdat hij net het kippenhok had schoongemaakt.
Op de eerste verdieping waren vier kamers, terwijl ook de zolderverdieping tot een soort flatje was verbouwd. De kamers op de begane grond liepen alleen waterschade op. De heer Schellenbach en zijn schoonzoons zijn tegen brand verzekerd. De schade valt nog niet precies te schatten.

Hoewel de Zuilense brandweer het vuur direct aanpakte (o.m. met nevelspuiten) waren toch uitgebreide maatregelen genomen om verder voortsluipen van de vlammen te voorkomen. Dat er consternatie bij de bewoners van de Werner Helmichstraat heerste, laat zich denken.

Oud Nieuws 6 november 1951

Op de grens van twee gemeenten…

Zaterdagavond stak een 11-jarige jongen, J. v. K uit Utrecht, per rijwiel de Amsterdamsestraatweg over, juist toen uit Utrecht een auto naderde, bestuurd door P. v. F. uit Aerdenhout, met een snelheid van 50 km. Ondanks krachtig remmen werd het jongetje aangereden en tegen de rijweg geslingerd, waar het bleef liggen. Spoedig was de politie uit Utrecht en Zuilen eenwezig en het slachtoffertje werd naar het Stads- en Acad. Ziekenhuis overgebracht. Daar bleek, dat het knaapje een bloedende hoofdwond en wat schrammen had opgelopen, doch nog dezelfde avond kon hij naar zijn woning terugkeren. Voor de politiemannen was het nu de vraag, waar het ongeval was gebeurd en wie voor het proces-verbaal enz. zou moeten zorgen. De aanrijdende auto stond n.l. op de asphaltweg, welke onder Utrecht ressorteert, terwijl het jongetje lag op de klinkerweg, welke behoort bij Zuilen. De goede samenwerking tussen beide politiecorpsen kwam ook hier tot uiting, want de Zuilense politie zal voor het proces-verbaal zorgen, en de Utrechtse politie zal de nodige opmetingen verrichten en ook zorgen voor de bloedproef.

Fotobijschrift: Deze foto is van de locatie maar van vóór de Tweede Wereldoorlog. Na het weghalen van de tramrails werd het Utrechtse deel van de Amsterdamsestraatweg (links dus) geasfalteerd. De rechterkant was nog niet van Zuilen, maar Rijksstraatweg. Die werd geklinkerd. Wel duidelijk in geval van ongelukken onder welke gemaante een en ander valt! ;-(

Oud Nieuws 5 november 1937

De ongelukken bij de „Demka”

Tot nog toe werd niet ingegrepen

(Van onzen correspondent)

Het zijn meestal maar korte berichten, waarin de burgerpers ernstige arbeidsongevallen vermeldt. Korte berichtgeving, zonder vermelding van oorzaken of omstandigheden van dergelijke ongevallen, heeft altijd de schijn van objectiviteit; Men spaart kool en geit.

In de loop van vijf a zes weken zijn er in de fabrieken der Staalgieterijen v.h. De Muinck Keizer „Demka” te Zuilen bij Utrecht, verscheidenen arbeidersongevallen geschied, waarvan twee met dodelijke afloop.

Over de oorzaken zwijgt de burgerpers, hoogstens gaf zij de lezing weer, die de directie wenste te geven. Opvallend is ook, dat de Arbeidsinspectie na elk ongeval aanwezig is, voorwerpen of machine-delen in beslag neemt, zonder dat men er ooit iets meer van verneemt.

„Het Volksdagblad” kan met een dergelijke berichtgeving niet volstaan en het is van belang, dat toestanden, zoals die op „Demka” heersen en die door sommigen als „barbaars” worden aangegeven, bekend te maken.

Maandenlang reeds, vooral sinds de opleving in de metaalindustrie, gebeuren er op de „Demka” meer of minder ernstige ongevallen. De vraag is hier gewettigd, of de Arbeidsinspectie wel het nodige doet, om de arbeiders te beschermen. Zes weken geleden verongelukten zes arbeiders bij het gieten van een achtersteven. De directie weet het ongeluk aan onvoorzichtigheid der arbeiders, maar wie als insider iets van het slaventempo, van het jagen en jachten der arbeiders op de „Demka” afweet, weet wel beter. Van de verongelukte arbeiders hoort of ziet men niets. Terwijl er toch bij waren die zeer ernstige gewond werden.

Niets veranderde.

Meermalen is de Arbeidsinspectie gewezen op de meer dan slechte verlichting op de (haven) terreinen, zonder resultaat echter. Totdat vier weken geleden een arbeider beide benen werden afgereden. Weer kwam de Arbeidsinspectie eraan te pas; weer echter tevergeefs. Tot op heden is er aan de slechte verlichting niets veranderd, noch heeft de Inspectie iets van zich laten horen.

Veertien dagen geleden, het gebeurde met het vervoer van de z.g. knuppels voor de walserij. Dit ongeval is absoluut te wijten aan misdadige roekeloosheid. Deze knuppels worden met een kraan gehesen, die een maximum draagkracht van twee ton heeft. Niettemin woog de last waarmede een dodelijk ongeluk gebeurde, vier ton. De staaldraad, die deze moest dragen was niet betrouwbaar gebleken en een dag voor het ongeval was hiervan aan den baas van de draadtrekkerij kennis gegeven, die niettegenstaande de onbetrouwbaarheid adviseerde met de draad verder te werken, met het noodlottige gevolg, dat de twee ton te zware last naar beneden stortte, toen de straaldraad afknapte en een 21-jarige jonge arbeider, enig zoon en kostwinnaar van een weduwe, verpletterd werd. Voor dit werk ontving de jongen de kapitale som van ƒ 16,- per week. De week waarin het ongeval plaats vond had de jongen juist een paar centen oververdiend, waarmede hij z’n moeder dacht te verrassen.

Helaas heeft dat niet zo mogen zijn. Het misdadige is echter nu, dat men den kraandrijver hiervan de schuld wil geven. Doch wie is anders de schuld, dan de directie en haar (Duitse) fascistische bazen, die de arbeiders tot het uiterste aandrijven? In dezelfde week kreeg een arbeider in de draadwalserij en -trekkerij een slag tegen het onderlichaam, waarvoor hij naar het ziekenhuis vervoerd moest worden. We herhalen, dat bij al deze ongevallen regelmatig de Arbeidsinspectie verschijnt, maar dat er nog nooit iets veranderd is.

Hebben de arbeiders dan geen recht, te weten, of de directie met hun leven speelt of niet?

 Fascistische propaganda!

De fabrieksterreur is grenzenloos. Gesprekken worden afgeluisterd en dit het ergst als de directie weet dat er nieuwe goedkope krachten voor haar klaar staan. Het minste verdachte woord is dan aanleiding tot ontslag. Een arbeider kreeg zijn ontslag omdat hij gezegd zou hebben „. . . .het socialisme”. De arbeider was in het geheel niet socialistisch gezind. Maar de volgende dag bleek wat de werkelijke grond voor zijn ontslag bleek. Zijn plaats werd namelijk ingenomen door een arbeider uit het Noorden van ons land, die tot nu toe slechts tien gulden had kunnen verdienen en nu voor enkele guldens meer naar Utrecht was gekomen.

Er zijn meer grieven. In de draadtrekkerij is iemand die openlijk, zonder dat hem noch door de directie, noch door de bazen iets in de weg gelegd wordt, propaganda maakt voor de N.S.B. en de arbeiders provoceert, vooral de modern georganiseerden. De baas van de transportafdeling, een fascist van het zuiverste water, heeft de gewoonte (en de kinderachtigheid) des avonds bij het uitgaan de arbeiders met een: „Houzee, kameraad” te groeten.

Er zou nog veel te schrijven zijn over ’t spionnagestelsel enz., maar we volstaan voorlopig met bovenstaand relaas. Laten we de arbeider voor hun leven vechten? Elk uur van de dag wordt hun leven bedreigd, terwijl de lonen schandalig zijn. Hier is een taak aanwezig voor de moderne bond.

 

Fotobijschrift: Gelukkig is Garage Vandervaart op de hoek Amsterdamsestraatweg-Muyskenweg paraat om u in geval van nood comfortabel naar het dichtsbijzijnde hospitaal te zoeven… 

 

Oud Nieuws 4 november 1960

Tafeltennisderbies vragen aandacht.

De twee derby’s in de overgangsklasse van de tafeltennis-competitie doen in belangrijkheid niet veel onder voor elkaar. Echter, bij Vriendenkring-Wilskracht vormen kampioenskansen de inzet, bij Wilskracht 2-UTTC doemt de laatste plaats op.

In de St.-Bonifaciusstraat zal Vriendenkring het zich als een eer rekenen Wilskracht één of twee punten afhandig te maken. Wij betwijfelen echter of Vriendenkring in staat zal zijn Wilskracht een eerste nederlaag toe te brengen. Het ligt in de lijn der verwachtingen dat Bertus Swart voor Wilskracht drie winstpartijen boekt. Dat is een belangrijke ruggesteun, waarschijnlijk voldoende voor de uiteindelijke overwinning.

Bij de Wilskracht-reserves zal een eerste overwinning lonken. Het wil ons echter voorkomen dat UTTC beneden zijn stand leeft. Hiervoor is wel een oorzaak aan te wijzen, nl. het gemis aan een goede derde speler. Dries en Broekman mogen is staat worden geacht de Wilskrachtreserves naar een nederlaag te spelen. Of wordt het een gelijk-spel.

Frans Smulders zal goed doen in de thuiswedstrijd (in zaal Croeselaan 16) HOC niet te onderschatten.

Fotobijschrift: Dit is de ruimte waar getafeltennisd werd, zoals in bovenstaand bericht gemeld is. De St.- Theresia meisjesschool en de St.- Ludgerus jongensschool te Zuilen deelden samen de gymzaal. Rondjes lopen onder toezicht van de gymleraar en zitvoetbal staan me hier het meest van bij. En natuurlijk ‘de reis om de wereld’. Dat was een gymles vlak voor de grote schoolvakantie, waarbij alle toestellen zo werden neergezet dat zij een lange sliert vormden. Zo moest je dan via de matten, paard, touwen, ringen enz.  naar het laatste onderdeel zien te komen. Ook toen al gold de regel, meedoen is belangrijker dan winnen. (Of heb ik dat zelf verzonnen omdat ik nooit won?)

 

Oud nieuws 3 november 1936

KIND DOOR HOLLEND PAARD GEDOOD.

Gisteravond heeft te Zuilen op den hoek van de Dr. Schaepmanstraat en de Forstmanstraat een doodelijk ongeluk plaats gevonden. Een vierjarige jongen was daar met een autoped aan het spelen, toen plotseling een op hol geslagen paard van een groentewagen den hoek kwam omgedraafd.

Het kind werd door het dier omvergeworpen en heeft daarbij waarschijnlijk een trap van een der hoeven tegen het hoofd gekregen. Kort nadien is het ventje overleden.

Fotobijschrift: Dit is dichtbij de plek des onheils. Het kruis is geen herinnering aan het slachtoffertje, maar een ‘missiekruis’, ter herinnering aan de missieweek.

 

Oud Nieuws 31 oktober 1925

Elck wat Wils

ONZE STRAATNAMEN.

XXIII.

George  S t e p h e n s o n  werd 9 Juni 1781 in New-Castle geboren uit zeer arme ouders, mijnwerkers. Al vroeg werd George ingedeeld bij den mijnarbeid en had het geluk geplaatst te worden bij de machineriën aan den ingang van den schacht. Dat was waarlijk een groot geluk, want zijn groote gaven, die zijn geest verborg, konden daardoor in het licht gesteld worden. Hij werd door deze plaatsing in de gelegenheid gesteld zich voor zijn volgende loopbaan voor te bereiden. Er deed zich weldra een gelegenheid voor om zijn helder inzicht te toonen. De pompen voor den afvoer van water uit de mijnput bleken een onvoldoende vermogen te hebben. Ingenieurs van naam zochten verbetering, doch vonden niets. Het gebrek werd echter gevonden door Stephenson en deze schitterende zegepraal was beslissend voor geheel zijn verdere leven. Alle details van den grooten man te behandelen, zou leiden tot een te breedvoerige biographie. Het zij daarom voldoende te melden, dat Stephenson de uitvinder is van de locomotief. In 1812 kwam hij met zijn eerste locomotief, die op een aangelegden spoorweg de verwachtingen verre overtrof. Onder zijn leiding werd in 1825 de eerste spoorweg aangelegd tusschen Stocklon en Darlington. Toen de spoorweg tusschen Manchester en Liverpool aangelegd was, bood Stephenson aan een locomotief te vervaardigen die 10 Engelschen mijlen in het uur zou kunnen afleggen. In het Parlement werd dit voorstel met ongeloof bejegend, doch de uitvinder liet zich niet van zijn stuk brengen en vervaardigde een locomotief die bij de proeftocht die snelheid nog met 5 mijlen overschreed. De man ging steeds voort met zijn vindingen te verbeteren. Engeland waardeerde dit alles ten zeerste. De spoorwegbrug over de Tyne is versierd met zijn beeld en wordt daar Stephensonbrug genaamd.

Ook was Stephenson met Davy de uitvinder van de veiligheidslamp voor mijnwerkers, waardoor het gevaar voor gasontploffingen in de mijnen aanmerkelijk verminderd werd. Hij verwierf zich een groot vermogen en werd zelfs eigenaar van eenige kolenmijnen en van uitgebreide ijzerfabrieken. Hij overleed 12 Augustus 1848.

George Stephenson

Oud Nieuws 30 oktober 1897

ZUILEN. Het werk op de pan- en steenfabriek is voor dit seizoen weer geëindigd. Er is veel goed gemaakt en de prijzen zijn niet slecht te noemen. Ook de aftrek was niet gering en ook thans nog wordt er veel afgescheept. Een gevolg hiervan is, dat de fabrieken thans niet volgepropt met gemaakt goed zitten, wat gedurende de laatste jaren, met uitzondering van het voorgaande jaar, steeds het geval was.

Oud Nieuws 29 oktober 1935

 

“ONS GENOEGEN” VIERT FEEST.

ZUILEN, 28 Oct. – De Mondaccordeonvereeniging “Ons Genoegen”, directeur de heer J.C. van Dort, gaf Zaterdagavond een uitvoering in het Pastoor Schiltehuis.

Na een kort welkomstwoord van den voorzitter, den heer Kool, hield de eerevoorzitter, burgemeester O. Norbruis, een korte toespraak waarin hij de blauw-witte kleuren der vereeniging als een symbool beschouwde en er op aandrong, de kleuren onbesmet te bewaren.

Het door de jeugdige accordeonisten daarna gebodene oogstte bij de geheel gevulde zaal een dankbare waardeering. Ook het duo Kronenburg-Langerak, dat den avond opluisterde, verwierf veel succes.

De avond kon als een waar feest beschouwd worden.

Fotobijschrift: Weet niet of deze foto van bovenstaand bericht is, maar dit zijn wél de leden van ‘Ons Genoegen’, én zij staan en zitten op het podium van het Pastoor Schiltehuis.