De Luit Blomstraat

Luit Blomstraat

Weinig straten in Zuilen hebben zo’n opmerkelijke naamgever als deze. Natuurlijk, de Burgemeester van Tuyllkade, de Burgemeester Norbruislaan en de Wethouder D.M. Plompstraat herinneren ons ook aan een belangrijke inwoner van Zuilen. Maar Luit Blom was geen wethouder of burgemeester. Waarom werd dan wel besloten een straat naar hem te vernoemen? De heer Luit Blom was medeoprichter van woningstichting ‘Eigen Haard’. Hij overleed in 1932. Blom werkte bij Werkspoor en werd begraven op de Eerste Algemene Begraafplaats (Kovelswade) in Utrecht.

Daar staat ook een tastbaar eerbetoon dat zijn collega’s bij Werkspoor voor hem maakten: zij bouwden op schaal een brug na die op zijn graf werd geplaatst.

Een blijk van waardering door de collega’s van ‘bruggenbouwer’ Blom.

De straat ligt ingeklemd tussen de twee ministers Talma en De Visser. In deze straat zijn geen winkels te bekennen. Toch komen we wel een – bescheiden – handelaar tegen: op nummer 61 wordt met enige regelmaat door middel van een advertentie een radio te koop aangeboden: ‘Radiokoopjes, Philipsradio overjarig met ultra korte golf… …120-220 volt voor gelijk en wisselstroom.’

Een bewoonster van deze straat vertelde me dat Zuilen hier ophield: zij woonde in de Luit Blomstraat en kon vanuit haar kamer ‘door het poortje in de C. Smeenkstraat’ helemaal tot aan Maarssen kijken. Alle bebouwing die hier nu staat, is van later datum, het was alles weiland wat de klok sloeg.

In de verhalen over Zuilen in de Tweede Wereldoorlog komen we de Luit Blomstraat maar bescheiden tegen. Mevrouw Verdél die toen in de Luit Blomstraat woonde werd gevraagd wat haar herinnering aan de eerste oorlogsdag was. Ze vertelde dat zij in deze nacht wakker werd van het schieten. Ze lag al in bed en was in de veronderstelling met een hardwerkende vader van doen te hebben: ‘Pa, wat maak je toch een herrie met timmeren. Zo kan ik toch niet slapen.’ Later blijkt dat dit het monotone geronk was van de vele vliegtuigen die overvlogen op de vroege ochtend van de 10de mei 1940.

Van de Hongerwinter is bekend dat er slecht aan eten te komen is. Meestal ontkom je dan niet aan zwarte handel. Er zijn altijd mensen die gewetenloos profiteren van de ellende van anderen. Daartegen werd wel zoveel mogelijk opgetreden.

Mevrouw Norberhuis woonde in de Luit Blomstraat. Zij weet nog dat daar regelmatig een NSB’er uit de Minister de Visserstraat kwam. ‘Hij werkte bij de voedselvoorziening en op jacht naar zwarthandelaren nam hij regelmatig eten in beslag. Dan kwam hij in de straat met zijn bakfiets en floot op zijn vingers. ‘‘We hebben weer wat,’’ riep hij dan en deelde al het eten uit. Hij kon niet tegen de armoede en gaf het zomaar weg.’

Ook een apart hoofdstukje in de geschiedenis van de Luit Blomstraat. In het zoeken naar de historie van Zuilen hebben we ook een onderzoek gedaan naar de uit Zuilen afkomstige militairen (al of niet dienstplichtig) die naar Nederlands-Indië gingen. Alleen al van de Luit Blomstraat zijn tot nu toe acht namen bekend:

In het zoeken naar de historie van de straat is ook een onderzoek gedaan naar de uit Zuilen afkomstige militairen (al of niet dienstplichtig) die naar Nederlands-Indië gingen. Alleen al van de Luit Blomstraat zijn tot nu toe acht (!) namen bekend:

J. Brouwer (woonde op nummer 15), C.A. Mackaay (4), W. Prins (64), W. Mudde (13), G. Stoker (22), W. Langerak (?), J.A.C. Veltman (21) en P.D. van de Zouw (6).

 

 Slechts van C.A. Mackaay is een foto beschikbaar.

Meer weten over de Luit Blomstraat en/of Zuilen: www.museumvanzuilen.nl

Facebook reacties