De Jacob Jonkerlaan
De Jacob Jonkerlaan werd genoemd naar de directeur van de borstelfabriek ‘Gebroeders Jonker’. Het hoofdkantoor van deze fabriek stond in Amsterdam. De borstelfabriek werd al in 1726 opgericht. Toen zij uitbreiding zochten was het vrijkomen van de dakpannenfabriek van J. Plomp een buitenkansje. Zij kochten het hele complex en vestigden zich ook in Zuilen. Zo ontstond aan de Daalseweg 171 vanaf 1910 een groot bedrijf dat al vóór de komst van Werkspoor actief was: de Borstelfabriek van de Gebrs. Jonker.
Het was zeker niet de opzet dat deze laan zo kort zal blijven. Als we kijken naar uitbreidingsplan nummer 6 van de gemeente Zuilen, dan zien we dat het plan inhoudt dat er een zeer brede laan wordt aangelegd die dezelfde schuinte volgt als de rivier de Vecht doet. Dit moet een laan worden vanaf de ‘Verlengde Prins Bernhardlaan’ (later de Burgemeester Norbruislaan) tot aan de Vecht, ter hoogte van de bocht waar nu het Nijenrodeplantsoen is. Tussen de nieuw ontworpen laan en de Vecht zou volgens deze plannen een grote villawijk komen te liggen. De Jacob Jonkerlaan ligt dan tussen de brede laan en de Prins Bernhardlaan in.
De plannen worden door de gemeente Utrecht direct van tafel geveegd: er komen dan veel te veel dure woningen in een buurgemeente te liggen en daardoor raakt Utrecht te veel geld kwijt aan de onroerendgoedbelasting. Maar jammer is het wel.
Uitbreidingsplan No. 6 van de gemeente Zuilen. In de bocht langs de Vecht grote kavels voor luxe villa’s, en veel galerijflats. O.a. op de plek waar later Het Schaakwijk werd gebouwd, maar ook de strook tussen de Amsterdamsestraatweg en de Burgemeester Norbruislaan werd volgebouwd met galerijflats.
In het korte Jacob Jonkerlaantje werden wel al woningen gebouwd die passen in dat uitbreidingsplan met grote woningen. (Het werden er slechts enkele.) Nummer 1 werd bewoond door de familie Dijzer. De heer Dijzer is een Zuilense gemeenteambtenaar. Naast hem woont de familie Demmink en de laatste woning aan deze kant is de plek waar de heer W.Ph. Snaauw zich thuis voelt. Aan de even kant staat slechts nummer 2 in de gids. Hier woont de familie J.C. van der Wilt. De heer J.C. van der Wilt is hoofd van de Koningin Juliana U.L.O.
Het pand op de hoek J.M. de Muinck Keizerlaan en de Jacob Jonkerlaan is een ontwerp van de Zuilense gemeente-architect W.C. van Hoorn.
Als u door de laan loopt is het interessant om aan het eind van deze laan, bij het Queeckhovenplein, eens stil te staan en schuin naar rechts, richting de Vecht te kijken.
De flats aan het Queeckhovenplein zijn gesloopt en vervangen door een nieuwbouwproject dat de naam ‘Mezen en Merels’ mee heeft gekregen.
Op deze gronden stond het klooster Maria ten Dale (Mariëndaal) dat in 1596 werd gesloten.
Een deel van dit project Mezen en Merels is gereed maar er wordt gestaag doorgewerkt. Ondanks de gedane opgravingen in de jaren 60 van de vorige eeuw blijkt dat de bodem nog meer onvermoede vondsten heeft, uit de periode dat hier het klooster Mariëndaal stond.
Er is al een toezegging dat een deel van deze vondsten ook door het Museum van Zuilen tentoongesteld zal mogen worden. Maar bij het ‘ter perse gaan’ van deze tekst is hier nog geen nadere mededeling over te doen.
Meer weten over de Jacob Jonkerlaan en/of Zuilen: www.museumvanzuilen.nl