De Sweder van Zuylenweg 2

De Sweder van Zuylenweg werd genoemd naar Sweder III van Zuylen van Abcoude, geboren omstreeks 1360. Sweder was de stichter van het Karthuizer klooster Nieuwlicht (1392) in Utrecht.

Om een beeld te krijgen van de geschiedenis van deze weg gebruiken we de Stratengids 1940. Hierin staan per straat de huisnummers, de naam van de hoofdbewoner en zijn of haar beroep. Deze gegevens zijn aangevuld met advertenties en andere boekwerkjes. We lopen een denkbeeldige wandeling in de periode 1938-’39 over de Sweder van Zuylenweg vanaf de rotonde naar de Amsterdamsestraatweg aan de even kant.

De wandeling begint met een rij woningen tot de hoek met de Werner Helmichstraat. Daar troffen we de bakkerij van Boonzaaijer. De bakkerij kreeg meerdere filialen in de stad.

Op de hoek aan de overkant stapten we de melkhandel van de heer Rosseweij in. Hij had hier zijn ‘Zuilensche Electrische Melkinrichting’.

Na het passeren van een rijtje woningen kwamen we bij nummer 63. Hier woonde Johan Hanselaar, de gemeente-sinterklaas van Zuilen.

Op de hoek met de Johannes Uitenbogaertstraat was de ‘HaKa-winkel van de coöperatie ‘‘Oostenburg’’ ’. (HAndels KAmer, waarvan het hoofdkantoor in Rotterdam stond, was een winkelketen van coöperatieve winkels.) Voordat déze kruidenierswinkel het HaKa-etiket kreeg opgeplakt, werd hier zakengedaan voor een andere coöperatieve vereniging, namelijk ‘Preferentia’. (opmerkelijk, in de verzuilde samenleving ‘van toen’, was ‘Preferentia’ van rooms-katholieke signatuur, terwijl ‘Oostenburg’ uitgesproken socialistisch was!)

In dit pand vestigde zich een zelfbedieningswasserij: heel vernieuwend: een wasserij waar je zelf je was kon doen!

Aan de overkant van de Johannes Uitenbogaertstraat streek Van Hasselt neer met een groentehal. Naast hem kwam kapper G. Knoop.

In de oorlog was de kapsalon een sociaal centrum waar nieuwtjes over het verloop van de oorlog werden uitgewisseld. De informatiestroom werd uiteraard wat geremd als men niet wist of er soms een NSB’er onder de klanten zat te wachten. Die ‘‘foute’’ lieden moesten natuurlijk ook geknipt worden. Knoop had een systeem bedacht waarbij hij met de stand van een spiegel in de kapsalon aangaf dat er iemand zat die niet te vertrouwen was. Dan kon er niet vrijuit gepraat worden over de bezetters en de bezetting en de stand van zaken in de oorlog.

Voor Sweder van Zuylenweg 33 werd in 1937 geadverteerd als speelgoedmagazijn. We passeren de Hermannus Elconiusstraat. Op de hoek, zat Venema schoenen. In dit pand kwam een Videotheek.

De tegenoverliggende hoek was het terrein van de kruidenierswinkel van Oude Wansink. Later werd dit een ViVo-filiaal (Vrijwillige Inkoop- en Verkoop Organisatie, een kruideniersketen die in 1942 werd opgericht.).

Tot de Amsterdamsestraatweg zijn nog twee winkels aan deze kant van de weg, de bloemenwinkel van G.J. van Eck en Zn. en de comestibleswinkel van G.J. van Ekeris.

We komen bij het paradepaardje van het winkelbestand van 1938, de winkel van De Gruyter. Het op de hoek met de Amsterdamsestraatweg gelegen pand van De Gruyter is gebouwd door aannemer Avezaat van de Marnixlaan. Avezaat had dit stuk grond in eigendom en wilde het wel aan de firma De Gruyter verkopen als hij het pand dan ook zou mogen bouwen. De Gruyter ging akkoord, onder beding dat aan de overzijde geen kruidenierswinkel mocht komen. De Gruyter was een grote kruidenier, die zich met uitsluitend eigen merkartikelen lange tijd goed staande wist te houden. De beroemde reclamezin van de De Gruyter-keten was: ‘Én betere waar, én 10%, alleen de Gruyter’.

De eerste winkel van de heer Oude Wansink was aan de Amsterdamsestraatweg. Hij verhuisde naar de Sweder van Zuylenweg op de hoek van de Hermannus Elconiusstraat. Later werd dit een ‘ViVo’-winkel.

 Meer weten over de Sweder van Zuylenweg en/of Zuilen: www.museumvanzuilen.nl

Amsterdamsestraatweg 3

Het Museum van Zuilen beschrijft aan de hand van de gemeentegids uit 1938-’39 de Amsterdamsestraatweg vanaf de grens met de gemeente Utrecht tot aan de grens met Maarssen in vijf delen. We lopen eerst langs de oneven zijde naar het laatste pand aan deze kant van de Amsterdamsestraatweg vóór de grens met Maarssen, keren dan om en gaan terug naar Utrecht om ter hoogte van de Muyskenweg – aan de even zijde – met deel 4 te beginnen. (Deel 1 start ter hoogte van de Geraniumstraat, deel 2 bij de Sweder van Zuylenweg, deel 4 bij de Muyskenweg aan de even zijde. Deel 5 vindt u bij de Julianaparklaan.)

De Amsterdamsestraatweg is onderdeel van de Route Impériale II, de weg van Parijs naar Amsterdam, in 1813 aangelegd op last van Napoleon Bonaparte.

Hier bij de De Lessepsstraat gaan we verder richting Maarssen. Op nummer 655 woonde weduwe J. van Hoorn-Steenhof. Zij was de moeder van de gemeentearchitect van Zuilen, W.C. van Hoorn, die o.a. de woningen en winkels op de hoek van de Amsterdamsestraatweg met de Wethouder D.M. Plompstraat ontwierp waar we nu langs lopen.

De eerste winkel was van mevrouw Koopmans. Zij had een drogisterij op nummer 689. Haar echtgenoot verkocht verf en behang. Later trok de heer Koopmans de sigarenwinkel van zijn buurman De Graaf bij zijn winkel, en concentreerde zich daar op de verkoop van de verf en bijbehorende producten. Naast De Graaf/Koopmans zat kapper A. van der Zeijden. We vonden zijn prijslijst uit 1932: ‘dames knippen 25 cent, heeren knippen 20 cent, meisjes knippen 20 cent, jongens knippen 15 cent’. Op de hoek kwam ‘Model Schoenmakerij De Brabander’.

Aan de overkant van de Weth. D.M. Plompstraat zat Niessen met zijn ‘radio, elec. en rijwielhandel’. Niessen groeit uit tot ‘Miele-speciaalzaak’. ‘Jan Jansen leert ze dansen’. Dat is de in 1950 gebruikte kreet waarmee de heer Jansen de inwoners van Zuilen aan de foxtrot bracht, u moest daarvoor op nummer 699a zijn. Bij nummer 699d konden we de wereldberoemde Anton Geesink tegen het lijf lopen. Hij kreeg zijn judolessen van J. van der Horst, in de voorkamer van het woonhuis. De oud-marinier Van der Horst (zelfs op zijn 83ste jaar nog actief) runde sportschool Vanderhorst.

Even verderop zat A.H. Pasman jr, uitgever van Zuilen Vooruit, later het Zuilens Nieuwsblad in een markant oud pandje met een mansaardekap (dak met een knik). Er volgde nu een rijtje winkels: op 707 vonden we bakker Pouw, in het ernaast gelegen pand dreef Bloemendaal zijn ‘handel in textiel en tabakswaren’. De winkel op 711 was de ‘Vleeschhouwerij’ van A. Letter, in 1945 opgevolgd door Faay. Deze winkel zat tegenover de Demkafabrieken. Als men daar een stukje worst wilde, activeerden zij de fluit van de locomotief van het fabrieksspoor en zo wist de Faay dat hij worst moest leveren. Naast Faay zat de melkwinkel van I. Stoet. In 1950 adverteerde De Concurrent met zijn groenten en fruit op nummer 717 en op nummer 719 verkocht Gieling zijn tabakswaren. Hij stond ‘s morgens onder de Demkabrug om de mannen op weg naar hun werk de laatste kans te bieden om een rokertje aan te schaffen.

Op nummer 719bis zat Dameskapsalon ‘Ria’. C. van der Kwast had een aardappelhandel op 723, naast de rijwielhandel van J.A. Roussou. Aan de Amsterdamsestraatweg werd ter hoogte van de huidige nrs. 749 in mei 1921 een ‘Buitenfabriek’ van W.A. Hoek’s Machine en Zuurstoffabriek N.V. geopend.

Hierna vormde de Amsterdamsestraatweg een lintbebouwing met achterliggend open agrarisch land dat tot aan de Vecht doorliep, met alleen de met bomen omzoomde Daalseweg daar nog tussen. Hier bouwde men op een opgespoten zandlaag de wijk ’t Zand.

Even voorbij de Jacob van Campenstraat stond de woning van C.W. de Keijzer. Achter zijn woning runde hij zijn ‘Machinale Broederij’, het Barneveld van Zuilen.

De Machinale Broederij van de heer De Keijzer.

Op nummer 803 zat de montagewerkplaats van de heer P. Dolman. In dit pand kwam later de Zuilense Motorhandel van Luca te zitten.

‘De Zuilense Motorhandel’.

J.C. Koevoets verkocht op 809 koloniale waren. Vervolgens kwamen we bij het café van De Bree. Ab. van Vredendaal bood zijn diensten aan voor ‘administratiën en belastingzaken’ op nummer 867. Op 907 zat de nering van Joh. M. van Slagmaat, die onder de naam ‘Wasscherij De Lelie’ actief was met een grote ‘stoom wasch- en strijkinrichting’. – Op het terrein achter wasserij ‘De Lelie’ werd vele jaren de kermis van Zuilen gehouden. Toen de wasserij dicht ging kwam hier een aluminiumfabriek, later werd hier een Citroën-garage ondergebracht.

We passeerden de slagerij van W. van Beek op nummer 915. Voor een rokertje kon u naar binnen bij W. van Wilgenburg, nummer 933 en H.A. Verwoolde kreeg 20 maart 1946 de slijtvergunning voor verkoop van alcoholhoudende dranken op nummer 941.

Op nummer 959 was/is de rijwielhandel van C. Bos. Op 1001 zat bakker J. Ellings en op 1013 verkocht H. van de Goede ‘waschproducten’. Voordat we bij de ingang van de voetbalclub Elinkwijk en van de tennisclub belanden vinden we op nummer 1045 nog de benzinehandel van Wilschut.

Aan de deze Amsterdamsestraatweg hield de doorlopende bebouwing vervolgens op en kwamen we bij de boerderijen van J.W. Kleinveld (1107) en D.C. de Ridder (1249). Vervolgens kwamen we bij de smederij Wed. van Dommelen met als buur kruidenierster Mej. Van der Horst. Haar man parlevinkte op ’t kanaal.

Enkele huizen verder kwamen we bij melkhandelaar Griffioen, hij was de laatste Zuilense ondernemer aan de Amsterdamsestraatweg vóór het bordje ‘Maarssen’.

Meer weten over de Amsterdamsestraatweg en/of Zuilen: www.museumvanzuilen.nl