Oud Nieuws 24 oktober 1925

Elck wat Wils

ONZE STRAATNAMEN. XXII.

We verzoeken onze lezers ons te volgen langs den Amsterdamschen Straatweg naar Elinckwijk, dat wel niet tot de gemeente Utrecht behoort, maar dat door lijn III toch nauw aan onze stad verbonden is. We vinden daar straten genoemd naar mannen, die evenals schilders en dichters e.a. ook wel besproken mogen worden. We noemen…

W e s t i n g h o u s e  is de uitvinder van een naar hem genoemde rem, die het mogelijk maakt een trein in zeer korten tijd tot stilstand te brengen. De rem werkt tengevolge van het verminderen van den druk van samengeperste lucht. Deze samengeperste lucht bevindt zich in een reservoir op de locomotief, welk reservoir door buizen met kleinere reservoirs op de wagens in verbinding staat. Zodra men lucht laat ontsnappen, valt de rem tegen de raderen. Vroeger moest er op grooten afstand van het station reeds begonnen worden met remmen; thans kan in volle vaart doorgereden worden tot de onmiddellijke nabijheid van de plaats waar gestopt moet worden. Een groote tijdsbesparing dus. En bovendien, kan nu, door de zoogenaamde noodrem, gestopt worden door reizigers, wat op momenten van nood of van overlast, soms zeer noodig kan zijn.

Oud Nieuws 21 oktober 1958

Motoragenten buitelden met zijspan bij kruising

Voorrangskwestie met bromfietser voor rechter

(Van een onzer verslaggeefsters)

De 47-jarige Utrechtse timmerman M.S. kwam dinsdagmorgen voor de Utrechtse rechtbank in hoger beroep van een vonnis van de kantonrechter, die hem veroordeelde tot dertig gulden boete of zes dagen hechtenis, omdat hij op 17 oktober van het vorige jaar op de Zwanenvechtlaan te Utrecht als bromfietser een motor met zijspan van de Utrechtse politie — die van rechts kwam — geen voorrang zou hebben gegeven. Officier van justitie mr. Bredius vroeg bevestiging van het vonnis van de kantonrechter.

’s Middags om vijf uur reed verdachte op zijn brommer uit de richting van het Zwanenvechtplein naar de Prins Bernhardlaan. Op de kruising met de Prinses Irenelaan kwam van rechts de motorfiets, bemand door twee hoofdagenten.

Verdachte verklaarde de motor niet te hebben gezien. In ieder geval reed hij door. De bestuurder van de motor, de 38-jarige hoofdagent L.H. de H., maakte een uitwijkmanoeuvre met het gevolg dat het voertuig over de kop sloeg en de politiemensen een fikse buiteling maakten.

De bromfietser voerde aan dat hij langzaam reed — 20 tot 25 kilometer —, dat zijn uitzicht belemmerd werd door een hek, dat hij al dertig jaar weggebruiker was en nog nooit brokken had gemaakt en dat hij de motor absoluut niet gezien had en pas toen hij achter zich lawaai hoorde, was omgekeerd en de agenten en de motor op de grond had zien liggen. „Als ze gewoon waren doorgereden, achter mij langs, zou er niets zijn gebeurd”, zo meende verdachte, die voorts nog aanvoerde dat er naar zijn mening onjuistheden in het proces-verbaal stonden. De als getuige gehoorde hoofdagent van de gemeentepolitie C. de K., 45 jaar oud, uit Utrecht, was het hier helemaal niet mee eens. Hij zat op het zijspan en zag de bromfietser almaar naar links kijkend het kruispunt naderen. Hij zei zijn collega nog op verdachte geattendeerd te hebben. „Als we niet naar links waren gegaan, hadden we hem gegrepen”, aldus deze getuige.

Hoofdagent De H. kon zich alles niet meer zo precies herinneren, maar toch wist hij wel zeker dat hij de bromfietser tien meter van de kruising had ontdekt.

Getuige a décharge J.T. H., een Utrechtse opzichter die precies op de hoek van kruising Irenelaan-Zwanenvechtlaan woont, zei gezien te hebben dat de politiemannen honderd meter voor de kruising stopten om rolschaatsende kinderen van de weg te sturen. De politiemannen hielden vol dat ze wel een tot anderhalve kilometer voor de kruising stilgestaan hadden.

Getuige De H. merkte voorts nog op dat naar zijn mening de motoragenten over het algemeen wel bijzonder hoge snelheden hebben en dat zij beslist geen voorbeeld voor andere motorberijders zijn.

Mr. Bredius achtte volkomen bewezen dat verdachte de motor geen voorrang heeft gegeven en dat de hoofdagenten er niet normaal voorlangs konden passeren.

De verdediger zette uitvoerig uiteen dat zijn cliënt als alle weggebruikers had mogen rekenen met de hulp en de wellevendheid van anderen. Pleiters mening was dat hoofdagent De H. even werd afgeleid en de bromfietser niet aan zag komen en evenmin de waarschuwing van zijn collega hoorde. In een reactie maakte hij toen een te scherpe zwenking naar links, waardoor de motor kantelde.

Uitspraak dinsdag 4 november.

Oud Nieuws 20 oktober 1953

Hedenmorgen is in de Oranjekerk aan de Amsterdamsestraatweg een bazar, die wordt gehouden in het Wijkgebouw en waarvan de opbrengst bestemd is voor het vele werk, dat in die Wijk wordt verricht, officieel geopend. Ds. D.J. Peeterse wees er o.m. op dat door velen krachtig en met toewijding is gewerkt om de bazar te doen slagen en daardoor aan het wijkwerk een krachtige steun te verlenen. Na de hoop te hebben uitgesproken, dat het financiële resultaat gunstig moge zijn, verklaarde Ds. Peeterse de bazar voor geopend. De bazar is heden, Dinsdag geopend van 14 tot 17 uur en van 19 tot 22 uur en morgen, Woensdag, op dezelfde uren. Op de foto: de heer Meeuwissen, voorzitter van de bazarcommissie, draait aan het Rad van Avontuur. Voor hem: ds. D.J. Peeterse.

 

Alle dertien goed

Wie kent de kreet nog: Alle dertien goed? Was jarenlang een tekst op de hoes van langspeelplaten om de inhoud van de plaat aan te geven.

Vandaag gebruik ik deze tekst omdat het getal 13 ook het getal is van de serie filmpjes die Peter Bastiaanse maakte van onze Werkspoortafel. Lijkt me terecht, alle tot nu toe gemaakte filmpjes zíjn ook goed!

Deze week alle filmpjes zonder onderbreking direct achter elkaar, dus genieten maar…

Oud Nieuws 14 oktober 1954

Halve eeuw huwelijkstrouw

8 October L.L. zijn de bruidsdagen begonnen van het echtpaar Freerk Hund-Agina Frankina Venema, wonende Röntgenlaan 14, dat op 22 October het gouden huwelijksfeest hoopt te herdenken. De bruidegom werd geboren te Sappemeer 22 December 1882, en was daar werkzaam bij de Staalfabriek J.M. de Muinck Keizer. Toen deze fabriek in 1915 werd overgeplaatst naar Zuilen ging het gezin mee en vestigde zich in Zuilen. Na 38 jaren zijn beste krachten aan het bedrijf te hebben gegeven, ging hij in 1946 met pensioen. Hij geniet ondanks zijn hoge leeftijd nog een goede gezondheid en ziet er welvarend uit. Hij stamt uit een sterk geslacht, want zijn moeder, mevr. Smit uit Kolham in de provincie Groningen, herdacht op 27 September haar honderdste geboortedag. De bruid zag het levenslicht te Kielwinderweerd op 26 Maart 1884. Zij is nog goed ter been en verricht nog met animo haar huiselijke bezigheden.

Het huwelijk werd verrijkt met vijf kinderen en dertien kleinkinderen waaronder een tweeling. Familie en bekenden zullen ongetwijfeld in een opgewekte stemming op 22 October het gouden feest vieren.