Oud Nieuws 19 april 1935

Oud Nieuws 19 april 1935

De natuur herleeft
——
Een bezoek aan het Julianapark is op het oogenblik de moeite waard.


Van het weer van de laatste dagen kan men moeilijk zeggen dat het een belofte inhoudt voor de Paaschdagen. De Goede Vrijdag begon met regen en het ziet er naar uit, dat deze dag ook met regen zal eindigen. De weerberichten luiden niet bepaald aanmoedigend om Paaschtochtjes te organiseeren en teleurgesteld vraagt men zich af of de Lente dan nooit komt.

Maar wie zoo redeneert begaat een groote vergissing. De Lente behoeft niet meer te komen: zij heeft reeds lang haar intreden gedaan. Al heeft Maart nog wel eens zijn staart geroerd en gaf “Aprilletje zoet” een “witte hoed”, het voorjaar is gekomen met zacht zonnig weer, storm, regen en… guren wind.

Nu fiets- en autotochtjes letterlijk in het water dreigen te vallen, of liever het water op de tochtenmakers, moeten wij trachten om op een andere manier de Paaschdagen te veraangenamen.
Welnu: onder de rook van Utrecht is al zooveel moois te zien! Wij hebben al gewezen op de bloemenpracht in het Bosch “Voordaan” bij Maartensdijk, maar ook het Julianapark, de van ouds bekende “tuin van Kol” bij Zuilen is op het oogenblik een bezoek waard.

Jong, frisch groen komt al aan de heesters, de kastanjeboomen schijnen versierd te zijn met tallooze kaarsenhouders, het gras begint al te kleuren, narcissen vormen een groot feestkleed en in de vogelwereld heerscht een drukte van belang.
Brutaal dringen de musschen in de groote volières en eten zich rond aan het zaad dat er elken dag kwistig wordt rondgestrooid. Anderen meubileeren en restaureeren hun nesten en vliegen onophoudelijk af en aan.

Haartjes, plukjes gras, zachte veertjes verzamelen zij met een bewonderingswekkende snelheid en binnen enkele oogenblikken zijn zij weer terug om nieuwe stoffeering te zoeken. Aan tallooze boomen hangen vogelhokjes, hier en daar hoort men er een luid gesjilp en gepiep uit komen.

Buigend hangen de twijgen van treurwilgen boven het rimpelende water en zwaaien vol rythme mee met den wind. Door het geheele park heerscht een groote bedrijvigheid. Tuinlieden planten en snoeien en helpen de natuur een handje om het aanzien van het park nog mooier, nog aantrekkelijker te maken.

Een lust voor het oog zijn de bloeiende narcissen die tusschen struiken en heesters zijn uitgezet. Op verschillende plaatsen komt men ze weer tegen en steeds wordt men opnieuw getroffen door het weelderige bloemenschoon. Het is op het oogenblik ontegenzeggelijk mooi in het Julianapark, en misschien nog wel mooier dan in het hartje zomer.

Fotobijschrift: ‘Buigend hangen de twijgen van treurwilgen boven het rimpelende water en zwaaien vol rythme mee met den wind.’

Facebook reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *